De Zorgkast® bestaat uit twee delen, een observatielijst en een practicumkast.
Observatielijst
- de vaste leerkracht vult de observatielijst in, die als eerste het signaal bij problematisch gedrag geeft
- de observatielijst bestaat uit 60 vragen met een score op een 10-punten schaal
- de vragen zijn gerangschikt volgens het alfabet, waardoor de 6 te bevragen dimensies niet in blokken bij elkaar staan en het moeilijker is de antwoorden te manipuleren
- alle vragen zijn positief gesteld, waardoor een aantal scoreschalen “gedraaid” zijn
- het geobserveerde gedrag moet zich minstens 6 maanden voordoen (DSM IV)
- de vragen zijn neutraal gesteld. De mate van problematisch gedrag – ernstig, minder ernstig
- wordt weergegeven door de score
- de 6 dimensies waarop wordt gescoord zijn:
- concentratie
- hyperactiviteit
- impulsiviteit
- sociale omgang met klasgenootjes
- sociale omgang met leerkrachten
- opstandig gedrag
Noot: aandachtsproblemen zijn niet specifiek voor 1 gedragsstoornis, maar kunnen samengaan met zeer veel verschillende problemen. Het gaat daarbij niet alleen om andere stoornissen maar ook om allerlei opvoedings- en leermoeilijkheden. Het is dan ook belangrijk om een brede kijk te hanteren, anders dreigt men al snel in een verengd stoornismodel terecht te komen.
Practicumkast
- de practicumkast bevat 9 eenvoudige practicumproefjes, die door de leerling in zijn eigen klas (waar het gedrag zich voordoet!) en tijdens de lessen worden uitgevoerd
- de proefjes worden afgenomen door 2 begeleiders, waarvan de ene de scorelijsten hanteert en de andere de leerling begeleidt bij de uitvoering van het practicum. Degene die de observatielijst heeft ingevuld, kan niet een van beide begeleiders zijn.
- Er wordt gescoord op 5 dimensies:
- concentratie
- hyperactiviteit
- impulsiviteit
- motoriek
- tempo
Noot: de Zorgkast® vervangt met deze practicumkast het interactieonderzoek. Door de leerling tijdens de les en in het eigen klaslokaal aan het practicum te onderwerpen, maar met een andere begeleider dan zijn eigen leerkracht, is er een nieuwe interactie in dezelfde ruimte ontstaan. Bij
gedragsproblematiek, die voorkomt uit de interactie tussen leerkracht en leerling, zullen de uitslagen van het practicum afwijken van de uitslagen van de observatielijst.